Op 23 oktober 2022 brachten wij als genootschap voor heemkunde De Swaene een bezoek aan de parochiekerk van Sint-Lucas, gelegen op de Bergensesteenweg 614 te Anderlecht.
Dit in het licht van ons jaarlijks bezoek aan één of andere Anderlechtse kerk, vooral rekening houdende met het feit dat heel wat parochiekerken op zeer korte termijn definitief verdwijnen of ontwijd worden of een andere functie toebedeeld krijgen.
We hadden het geluk dat ook de voorzitter van de kerkfabriek, de heer Michel Kesteman, bereid was om de rondleiding te verzorgen en ons toegang te geven tot deze kleine, maar vaak onbekende kerk.
Vooraleer we het concreet hebben over deze parochiekerk, moeten we even teruggaan in de geschiedenis.
In 1831 telde Anderlecht, die toen vooral een rurale gemeente was, slechts 3.500 zielen. In 2022 was dit aantal reeds opgelopen tot 122.547 inwoners, wat ongeveer 10% voorstelt van de totale bevolking van het Brussels gewest en uiteindelijk 350 x meer mensen is dan de bevolking in 1831.
Opvallend daarbij is dat de meerderheid van de bewoners, meer bepaald 61,4 % zich tussen de leeftijd 18 en 64 jaar bevindt, terwijl slechts 12,4 % van de bevolking ouder is dan 65 jaar.
Komt daarbij dat inmiddels de origine en de nationaliteiten zeer divers geworden zijn, wat maakt dat ook de invulling van het geheel anders gebeurt.
Alleszins is het zo dat Anderlecht met zijn grootte van 17,7 vierkante meter nooit veel gronden gehad heeft. Uiteindelijk was de gemeente altijd afhankelijk van privé-verkavelaars, die bouwgronden al dan niet ter beschikking stelden. En daarom heeft men in 1935 een grondregie opgericht, waardoor het ook mogelijk was om na Wereldoorlog II, een urbanistisch plan te ontwikkelen, dat bestond uit:
Om deze urbanistische zone die men bedacht had in 1947 uit te bouwen, heeft men in verschillende stappen gewerkt, te weten :
Wat men oorspronkelijk “niet-bouwrijpe percelen” noemde, werd ontwikkeld met tal van flatgebouwen, die we nu nog steeds terugvinden in Dr. Zamenhoflaan, Van Kalkenlaan, etc.
Dit heeft er de kerkfabriek van Sint-Guido toe gebracht om conform het Koninklijk Besluit van 23 juni 1961, op 1 oktober 1961 te besluiten tot de aankoop van een grond voor het bouwen van een kerk op de hoek van de François Gérard-straat en de François Ysewijnstraat.
Het ging hem om een grond met een grootte van 15 are 24 centiaren 04, eigendom van de zgn. onverdeeldheid Van Merstraeten. Het geheel werd aangeboden voor een bedrag van 1.143.030 BEF en ook de bestrating diende terugbetaald te worden voor 55.800 BEF.
Het jaar daarop werd er begonnen met de oprichting van de kerk en de kapel, wat bevestigd werd in een Koninklijk Besluit van 24 juli 1962. En heeft het nog geduurd tot 10 juli 1964 voor de kerkfabriek van Sint-Guido besliste om 7/27ste van haar patrimonium (op dat ogenblik 4.200.000 BEF), af te dragen aan de nieuwe kerk Sint-Lucas. De reden waarom ze spraken van 7/27ste is eenvoudig : er waren op dat ogenblik ongeveer 27.000 personen woonachtig in het parochiegebied van de Sint-Guidokerk en men ging ervan uit dat ongeveer 7.000 mensen zouden wonen in het parochiegebied van de nieuw opgerichte kerk, Sint-Lucas.
De kerk bevindt zich op de Bergensesteenweg, waar we vooral huizen aantreffen uit verschillende periodes, doch vooral van vóór 1945 met industrie, ambachten en latere nieuwbouw. Het beste bewijs is dat men rechtover de ingang van de kerk op de Bergensesteenweg nog de sporen terugziet op de gevel van de bestaande woning dat er ooit een confisserie gevestigd was.
Lucas is de naam die van oudsher wordt gegeven aan de schrijver van het 3de evangelie. Over hem is heel weinig bekend. Maar men stelt dat hij in Syrië geboren werd.
Waarschijnlijk was hij zelfs van heidense afkomst maar ook dat is niet zeker.
Na de marteldood van Paulus in Rome zou Lucas het evangelie verkondigd hebben in Italië, ook in Dalmatië en Macedonië. En op zijn oude dag zou hij nog door Noord-Afrika getrokken zijn waar hij in Libië en Zuid-Egypte christengemeenschappen zou bezocht hebben/gesticht?
Hij zou dan teruggekeerd zijn naar een streek ten Noord-Westen van Athene, waar hij zijn beide boeken, nl. het Evangelie en de Handelingen zou hebben geschreven.
Men beweert, maar dit is niet zeker, dat hij op 84-jarige leeftijd aldaar overleden is.
In België wordt naar hem gerefereerd m.b.t. het Sint-Lucasziekenhuis in Ekeren (Antwerpen) en in Anderlecht in de Sint-Lucaskerk.
Zijn feestdag is 18 oktober. En dan heeft men ook een weerspreuk die daarnaar refereert wanneer men zegt “is het weer met Lucas naar behoren, dan ligt nadien veel koren in de voren”.
Oorspronkelijk had men een kerk op de Bergensesteenweg en een parochiezaal, die zeer intens gebruikt werd en die gelegen was in de François Gérardstraat.
Vele Anderlechtse verenigingen hebben er vergaderd en activiteiten georganiseerd. Spijtig genoeg is deze zaal afgebrand in juni 1991, en werd nooit heropgebouwd. De leegte vindt men nog terug in de straat, waar men natuurlijk nu de gronden duur kan verkopen voor de realisatie van allerlei hoogbouw.
Op de Bergensesteenweg zelf vinden we een bescheiden gevel, die toegang geeft tot de kerk. We zien aldus een weinig monumentaal 20-eeuws kerkgebouw, met een onopvallende buitengevel, die past in het straatbeeld en de rooilijn. Slechts de naam van de kerk in de twee talen en een afbeelding van de patroonheilige alsmede een eenvoudig kruis, duiden op de functie van dit gebouw.
Op de voorgevel onderaan ziet men een steen die verwijst naar de datum van de inwijding nl. 18 oktober 1961.
Men moet nl. weten dat een voorlopige kapel opgericht werd in 1962 op de Bergensesteenweg nr. 608, wat later nr. 614 werd (kadaster C174F op een grond van 3 aren 39 centiaren).
Men had oorspronkelijk plannen om een zeer grote kerk te bouwen in een kruisvorm, waarbij dan ook een link zou zijn met de zaal die erachter gelegen was in de andere straat, maar dat is er nooit van gekomen. Opvallend is dat in de kerk geen enkele referentie te vinden is naar de architecten. Er is ook heel weinig over te vinden. In een brochure die men recent heeft uitgegeven spreekt men van de architecten Burgraeve en De Keyser.
Wanneer men de kerk betreedt, ziet men onmiddellijk dat ze niet groot is en vrij sober ingericht. Achteraan vindt men een soort doopfont en een klein gebedsaltaartje.
Opvallend is dat het allemaal vrij sober is, met moderne materialen, die toch refereren naar de jaren ’60-’70.
Ook opvallend is dat men achteraan de kerk een structuur ziet waaruit blijkt dat men bovenaan de kerk een mezzanine uitgebouwd heeft die nu gebruikt wordt als vergaderzaal en die in de plaats gekomen is van de afgebrande lokalen die vroeger dienst deden als parochiezaal. Het is ook hier dat de kerkfabriek vergadert.
In deze kerk is geen kruisweg aanwezig. Wel zijn er een aantal kunstwerken terug te vinden van de hand van de heer Michel Kesteman, die momenteel voorzitter is van de kerkfabriek.
Op Goede Vrijdag vervangt men de gebruikelijke rondgang via de kruisweg door het vertonen van dia’s, die elk jaar geactualiseerd werden. En de voorzitter van de kerkfabriek deelde mee dat zij daarvoor inspiratie opgedaan hadden n.a.v. een bezoek aan de ateliers van Peter-Paul Jacob Hodiamont, een Duitse kunstschilder geboren op 13.02.1925, en overleden op 15.12.2004, die een tijdlang in de Oostkantons gewoond en gewerkt heeft.
Het altaar is vrij sober maar toch vinden we in het houtwerk een mooie referentie naar de zgn. pikkende pelikaan. In het oude volksgeloof werd gesteld dat de pelikaan in noodsituatie zijn jongeren voedde met bloed uit zijn borst, dat hij daartoe openpikte. In de vroege Middeleeuwen werd dat voor Christenen het symbool voor het boetenoffer van Jezus Christus aan het kruis. Deze christelijke iconografie werd dus aangebracht in het altaar.
Vooraan vinden we ook een bescheiden doopfont van 1962, gemaakt door een zekere Van Den Houte. Er is ook een beeld van moeder en kind, eveneens van 1962 van de hand van Harry Elström. Dit is in gewone steen gemaakt.
Vooraan vindt men ook een tabernakel, met de afmetingen 35 x 60 x 37 cm, dat niet zo echt opvallend is en tenslotte ook een klein onopvallend orgeltje.
De sacristie is heel eenvoudig zoals u kunt zien op de onderstaande foto. Het is eerder een soort administratief lokaaltje achteraan de kerk.
Belangrijker is dat men hier ook een beeldje terugvindt van de hand van Harry Elström. Deze in 1906 in Berlijn geboren beeldhouwer stierf in Linkebeek in 1993. Hij is ook gekend als diegene die de calvarie en de engel in de Basiliek van Koekelberg ontwierp, maar ook het profiel van Koning Boudewijn op het Belgisch muntstuk van 10 Frank in 1969, en ook een beeldje maakte dat men terugvindt in de Abdij Keizersberg in Leuven.
Hij maakte vooral naam door zijn vernieuwend werk op het gebied van religieuze kunst. In 1940 werd hij leraar beeldhouwkunst aan het Sint-Lucasinstituut in Brussel en 12 jaar later werd hij benoemd tot docent bij het departement architectuur van de KU-Leuven. Zijn devies was : « nous vivons dans la mémoire des temps ». De herinnering waarin en waarbij we leven kan niet sterven en door ons te vooruitwendigen bouwen we daaraan : dat is kunst en zo blijft ze.
Bij het verlaten van de kerk vinden we nog een glasraam, dat men amper ziet op de voorgevel, omdat het gekeerd is naar de binnenkant. Het is getekend door Neven. Ook hier verwijs ik naar de christelijke symboliek o.a. van de vissen en de vredesduif.
Vooraan zien we ook een foto van pastoor Kennis.
Joseph Kennis, geboren in 1927, startte als kapelaan van 1 juli 1961 tot 2 september 1965 en werd daarna pastoor en vanaf 2 september 1995 verantwoordelijke voor de Franstalige pastoraal tot bij zijn overlijden in 2014.
Deze man was een duizendpoot, was niet alleen pastoor, maar ook aalmoezenier in de Sint-Annakliniek, nachtwaker, ambulancier, aalmoezenier van de brandweer en woonde in de Democratiestraat, dicht bij “zijn” kerk. De meeste Anderlechtenaren kenden hem.
De huidig voorzitter van de kerkfabriek, Michel Kesteman, spreekt nog steeds vol lof over deze pastoor, die hem trouwens ook vroeg om het voorzitterschap waar te nemen en die ook echt leven gebracht heeft in deze toch wel vrij nieuwe parochie.
Het is ter herinnering daaraan dat zijn foto vooraan in de kerk werd aangebracht.
Naast pastoor Kennis is ook Paul Calcoen een tijdje pastoor geweest van 30 september 1975 tot 31 augustus 1982 en voor de Nederlandstalige pastoraal werd oorspronkelijk als verantwoordelijke Jan Van Huynegem aangeduid van 13 juli 1990 tot 8 september 1990 maar dit werd overgenomen vanaf 1992 tot 1998 door Reginald Rahoens.
Reginald Rahoens was eveneens bij vele Anderlechtenaren bekend omdat hij ook gewerkt heeft in de Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaartparochie, in de Sint-Pieter en -Guidokerk, in de Heilige Geestparochie en in de pastorale eenheidskring Anderlecht- centrum. Hij overleed in 2011 op 55-jarige leeftijd.
Op dit ogenblik telt Anderlecht nog 4 priesters en 2 pastorale werkers voor het ganse grondgebied. Catechismus wordt enkel nog gegeven in de zaal Concordia in de Aumalestraat en de scouts komen samen in de Sint-Guidokerk.
Maar de Sint-Lucasparochie heeft nog steeds een eigen koor, dat éénmaal per maand optreedt en er zijn ook nog wekelijks missen, weliswaar op zondag om 11u00 voor een Franstalige gemeenschap, maar iedere donderdag- en zondagavond zijn er ook nog gebedsdiensten, vooral gericht op de Roemeense gemeenschap. Men kan dus zeggen dat het nog steeds een actieve parochiegemeenschap is en men hoopt dat door de ontwikkeling van de nieuwe wijken rond het kanaal de parochie nog aantrekkelijker zal worden voor meer personen.
WIJ DOEN EEN WARME OPROEP DAT WIE NOG FOTO’S OF DOCUMENTATIE HEEFT OVER DEZE KERK, MET ONS ZOU CONTACT OPNEMEN ZODANIG DAT WE DE TEKST EVENTUEEL KUNNEN AANVULLEN OF VERBETEREN
Tekst : Myriam Van Varenbergh
Foto’s, : Myriam Van Varenbergh
Met dank aan de koster van de Sint-Guidokerk (Patrick) en de voorzitter van de kerkfabriek Sint-Lucas (Michel Kesteman)
Genootschap voor heemkunde in Anderlecht
Heeft u een vraag, een opmerking of wil u lid worden van onze vereniging? Stuur ons een bericht en wij nemen contact met u op.